Palestina tijdens de Wereldoorlog

Palestina tijdens de Wereldoorlog

Jeanne d’Arc

Uit: Palestina tijdens den Wereldoorlog, door Joh. de Groot (predikant en later hoogleraar Hebreeuws en Arabisch aan de Universiteit van Groningen) 1917.

[…] Toen in Augustus 1914 de wereldbrand uitbrak, heerste bijkans overal in Palestina hevige onrust. Ofschoon Turkije nog niet in de oorlog was betrokken, begreep men als bij instinct, dat de vlammen ook naar Azië zouden overslaan. De banken sloten haar kantoren. De handel werd stopgezet. Vele vreemdelingen vertrokken met de meeste spoed; Jaffa en Haifa zagen de havens weldra doods en ledig. […]

De verwarring werd nog groter, toen September 1914 Turkije medespeler werd in het grote schaakspel. Palestina is een onderdeel van het Turksche rijk en dus werd het mede in de oorlog betrokken. En aangezien het ligt op de landweg van Constantinopel naar Egypte en bovendien grenst aan de Middellandse Zee, waar vijandelijke vloten heerschappij voeren, ziet het méér van de krijg dan menige streek van Duitsland of Engeland. […]

Door de oorlog is de handel lamgeslagen. In Jaffa en Haifa verschijnen niet meer de grote stoomschepen, die de rijke reizigers brengen en de producten uit de tuinen van Palestina meenemen. Grauwe oorlogsschepen slechts vertonen nu hun grimmige aangezichten boven de blauwe zee. […]

De export van gerst, tarwe, mais, zeep, wol, bonen, wijn, sinaasappelen, meloenen, rozijnen, huiden staat stil. En dat wil heel wat zeggen. […]

De oorlog heeft deze bronnen van inkomst en welvaart gestopt. Geen volgeladen schip vertrekt nu van Jaffa of Haifa, terwijl in 1908 het getal der vertrekkende schepen te Jaffa 2.360, te Haifa 1.333 bedroeg.
Spoedig werd alles duur. Leer, manufacturen, suiker, koffie werden luxe-artikelen en zijn nu bijna niet te verkrijgen. De koffie, voor velen de voornaamste drank, steeg meer dan 200% in prijs. Rijst, die in Palestina even veelvuldig wordt gegeten als bij ons aardappelen, is zeer schaars. Aardappelen zelf (die niet worden verbouwd) zijn een bezienswaardigheid geworden. Bier en de zo zeer geliefde sigaretten ontbreken geheel. Petroleum is zeldzaam, en wordt vervangen door de kostbare olijfolie. Daartegenover staat wel, dat sommige artikelen, die anders in massa werden uitgevoerd, nu spotgoedkoop zijn. Zo kostten de sinaasappelen na een rijke oogst in 1914 en 1915 slechts c. 70 cents per korf van 150 stuks; de straten van Jeruzalem liggen vol met de schillen, een welkome buit voor passerende ezels en kamelen.
De tarweprijs steeg in 1915, mede tengevolge van de sprinkhanenplaag en het moeilijke vervoer tot een ongekende hoogte, doch keerde gelukkig tamelijk snel tot het normale terug, omdat het land, dat anders zoveel tarwe uitvoert, ontzaglijke voorraden bezit.
Toch wandelt het bleke spook van de honger overal door het land. De meeste kostwinners zijn ingelijfd bij het leger; hunne familie ontvangt óf in het geheel geen ondersteuning van regeringswege, óf per persoon ongeveer 10 cent per dag. Door het stilstaan van handel en verkeer missen velen hun dagelijks brood. […]

In 1915 is Palestina geteisterd door een vreselijke sprinkhanenplaag, door “de soldaten van Allah”, gelijk de Arabieren het uitdrukken. Zo werd dus het Heilige Land geslagen door drie demonen: oorlog, honger, sprinkhanen. Sinds ongeveer 50 jaar was Palestina niet door deze plaag bezocht, en nu kwam zij op dezen meest ongelegen tijd. […] Als de roodachtige, tot 7 á 9 cm. lange dieren over het land trekken, de hemel verduisterende en ruisende als een machtig eskader moderne vliegmachines, dan is geen akker veilig, ja zelfs bomen worden met blad en schors verwoest. […]

Bij een gloeiende hitte verschenen op 22 Maart 1915 de eerste onheilspellende levende wolken boven Jeruzalem en omgeving; de zon werd verduisterd, schrik beving de harten der bewoners. In de omgeving van Bethlehem en elders daalden de zwarte wolken neer en legden de zo zeer gevreesde eieren in de bodem. Gelijktijdig verschenen ze ook in het noorden van Palestina, o. a. bij Haifa en op de Carmel. De vrouw van een zendeling schreef […]: “Miljarden en nog eens miljarden van sprinkhanen togen door het land, bedekten alles en aten als paarden; de Karmel is geheel kaal geworden. Gehele salade-, erwten- en koolvelden verteerden ze. Door vreselijk geklepper met ledige blikken bussen kon men ze hier en daar verjagen; doch wanneer zulke dichte zwermen kwamen, dat ze voor de zon dreven als dikke wolken, gaf alle lawaai niets. Ook de tarwe is hier afgemaaid. Er heerst hier in Haifa grote nood, en elders ook. Dit is erger dan de oorlog”. […]

Moeilijke tijden beleven […] vooral de kustbewoners, in het bijzonder die van Jaffa en Haifa. De kust is geblokkeerd, en zo nu en dan verschijnen er oorlogsschepen van de geallieerden, die soms schade, altijd angst en vrees verwekken; vliegeniers maken hun tochten tot ver in het binnenland. Velen uit Jaffa, Haifa en andere kustplaatsen hebben daarom een veiliger woonstede in het gebergte opgezocht. […] In April 1915 werden Haifa en Akka beschoten door Franse oorlogsschepen; het gebulder van het geschut werd gehoord aan het meer van Genesareth [Tiberias]. Een spoorwegbrug werd bij deze gelegenheid beschadigd. Op Maandag 31 Mei werd door de Franse pantserkruiser Jeanne d’Arc en een kleine Engelse kruiser het Duitse consulaat bij Haifa, aan de helling van de Carmel, gebombardeerd; ook een leeg petroleum-depot moest het ontgelden. De Duitse predikant Moderow bericht […], dat Haifa in een tijdsverloop van 47 dagen door niet minder dan 56 oorlogsschepen werd bezocht, nl. 4 maal door een Russisch schip, 15 maal door Engelse en 37 maal door Franse oorlogsbodems. 5 maal zag hij dat een hydroplaan [watervliegtuig] opsteeg, zweefde boven Haifa en de Carmel, en zelfs hier en daar bommen strooide, waardoor eens een Turks soldaat werd gedood.
De laatste ons ten dienste staande berichten uit Haifa dateren van 16 December 1915, toen de Franse pantserkruiser Jeanne d’Arc, die het in het bijzonder op deze streek schijnt gemunt te hebben, 15 zware schoten afvuurde op een Duitse fabriek. […]

Palestina tijdens de oorlog

Sprinkhanen-plaag

Palestina tijdens de wereldoorlog

Sprinkhanen-bestrijding

Palestina tijdens de oorlog

Sinaasappelen-overschot door stilvallen van de export

Palestina tijdens de Wereldoorlog

Aan boord van de Jeanne d’Arc

Bron — Joh. de Groot: Palestina tijdens den Wereldoorlog. In: Vragen van den Dag; Maandschrift voor Nederland en koloniën. - jaargang 32 - nummer 2 - 1917

Ga terug naar: Geschiedenis in vogelvlucht