Geloof & Rede

Geloof & Rede

Muurschildering van Bahá’u’lláh’s huis te Bahjí

Uit een verklaring van de Bahá’í International Community over geloof en rede

— Geloof en rede zijn eigenschappen van de menselijke ziel waarmee inzichten en kennis worden verworven over de stoffelijke en geestelijke dimensies van het bestaan. ‘Abdu’l-Bahá verklaart: “Met geloof wordt bedoeld, ten eerste, bewuste kennis, en ten tweede, het verrichten van goede daden.” Hij beschrijft rede als “het belangrijkste vermogen van de mens” en merkt op het denkvermogen “de mens onderscheidt van al het geschapene, en hem maakt tot een afzonderlijk schepsel.” Elders: “God heeft ons een rationeel bewustzijn gegeven met het doel alles te doorgronden en de waarheid te vinden. Als wij het verstand afwijzen, wat blijft er dan over?” Geloof en rede sámen maken het mogelijk de krachten en vermogens die latent in het individu en in de mensheid als geheel aanwezig zijn te ontdekken en stelt mensen in staat om te werken aan de verwezenlijking van deze mogelijkheden.

Geloof en rede worden vaak als een dualisme gezien — het hart en het verstand zouden in voortdurende staat van tegenstelling verkeren. Toch is zo’n dualisme gebaseerd op een ontoereikende beschrijving van zowel geloof als rede. Geloof wordt maar al te vaak opgevat als wensdenken, bijgeloof, irrationaliteit, en een blind zijn voor de feiten — de tegenpool van kennis. Rede wordt gereduceerd tot een speciaal soort rationaliteit die zich beperkt tot het rijk van het waarneembare, alles uitsluit dat niet berekend kan worden, en beweert vrij van aannames te zijn. In werkelijkheid vormen geloof en rede aanvullende menselijke vermogens die samen het begrijpen van de werkelijkheid mogelijk maken; zij zijn beide gereedschap dat de samenleving in staat stelt om de waarheid vast te stellen. ‘Abdu’l-Bahá schrijft: “Wanneer religie in strijd is met rede en wetenschap, wordt geloof onmogelijk; en wanneer geloof en vertrouwen in de goddelijke religie niet in het hart tot uitdrukking komen, kan er geen geestelijke vooruitgang zijn.”

Geloof hebben is niet louter de waarheid “kennen”. Waarachtig geloof is bewuste kennis uitgedrukt in daden. Bahá’u’lláh verklaart: “De kern van geloof is schaarste aan woorden en overvloed aan daden…”. —

 

Bron — bahai.org: Faith and Reason (2018)

Bekijk ook: God en Wetenschap

Ga terug naar: Geschiedenis in vogelvlucht of Bahá’í visie